Dennis Roks: ‘Ik houd mijn doelen op weekniveau bij’

Dennis stelt voor zichzelf jaardoelen op, waarbij hij nadenkt over waar hij zich nog in wil ontwikkelen en wat hij aan het eind van dat jaar bereikt wil hebben. Daar maakt hij vervolgens behapbare doelen op kwartaalniveau van. Om op dagniveau zijn doelen te realiseren doet hij de vervelende, maar belangrijke klussen meteen als eerste in de ochtend.

Dennis Roks ondersteunt Polytec Group in zijn nieuwe functie als senior lean manager bij (verbeter)projecten en werkt methodes en tools uit die de  organisatie kan gebruiken om de productiviteit te verbeteren. ‘Daar komen ook verandermanagement, cultuur en soft skills bij kijken en dat is mij echt op het lijf geschreven’, zegt Dennis blijmoedig. ‘Hoe krijg ik mensen zo ver dat ze hun gedrag of werkwijze veranderen? Mijn baan is lekker divers. Mijn dagelijks werk is op Europees niveau, maar ik geef ook trainingen aan medewerkers op intercontinentaal niveau. Daarin heb ik een behoorlijk vrije rol en kan ik mijn eigen doelen bepalen. Dat is echt de kracht van de organisatie en in het bijzonder de kracht van vestiging Roosendaal wat mijn uitvalsbasis is.  Mijn manager geeft me behoorlijk veel vrijheid.’ En die vrijheid bevalt Dennis goed.

Lees ook: Duidelijke doelen als basis voor flow en groei

Polytec Group

Dennis Roks is senior lean manager bij Polytec Group, een toonaangevende ontwikkelaar en fabrikant van hoogwaardige kunststof onderdelen voor onder meer de automotive industrie. Bij Polytec Group werken wereldwijd ruim 4500 mensen, verdeeld over het hoofdkantoor in Oostenrijk en ongeveer 25  productielocaties in onder andere Nederland, België, Duitsland, Hongarije, Tsjechië, Turkije, de Verenigde Staten en China. Dennis is gepositioneerd in  Roosendaal en heeft een centrale rol tussen de vestigingen van Polytec als het gaat om het uitrollen van zaken op het gebied van leanmanagement.

Vervelende klussen eerst

‘Wat zijn jouw valkuilen, waardoor je niet toekomt aan het werken aan je doelen en hoe 113 voorkom je dat je daarin valt?’, vraag ik nieuwsgierig aan Dennis. ‘Mijn grootste valkuil is dat ik van links naar rechts kan schieten. Ik ben wat dat betreft net een flipperkast. Ik krijg zo veel energie van het werken met mensen!’, zegt Dennis nog vol van de driedaagse training die hij net aan zijn Duitse collega’s heeft gegeven. ‘Het risico van zo’n flipperkasteffect is dat je dingen opstart en niet afmaakt. Daarbij moet ik dan wel weer zeggen dat het stellen van doelen mij daarbij juist heel goed helpt. Mijn hulpmiddel is om een vervelende klus meteen ’s ochtends te doen. Door meteen een lastige, maar ook belangrijke actie te ondernemen houd ik mijn doelen op dagniveau en lange termijn goed bij.’

‘Als je toch in de flipperkast blijft hangen, wat doe je dan?’, vraag ik. ‘Dan val ik terug op de doelen die ik voor mezelf vastgesteld heb’, zegt Dennis resoluut. ‘Die doelen zijn mijn richtlijnen. Ik heb een top drie van zaken die voor mij het belangrijkste zijn. Door prioriteiten te stellen weet ik altijd wat ik te doen heb en door vervelende, maar belangrijke klussen als eerste te doen zet ik mijn koers in de goede richting weer in. Elk kwartaal heb ik een top drie van doelen die ik gerealiseerd wil hebben. Dat zijn de doelen die voor mij het belangrijkst zijn. Het opknippen van jaardoelen naar geprioriteerde kwartaaldoelen, uitgewerkt naar to do’s per week helpt mij.

‘Ik maak een mix van projecten waar ik veel energie van krijg en projecten waarvan ik weinig energie krijg om balans te houden.’

Enthousiasme als graadmeter

‘Wat heeft het stellen van doelen en hierop actie ondernemen jou tot nu toe opgeleverd? Levert het je bijvoorbeeld flow op?’, wil ik van Dennis weten. ‘Ja en nee, want ik heb ook wel eens vanuit mijn gevoelsniveau mezelf afgevraagd of het heel gestructureerd werken me ook niet te veel belemmert. Soms kan een nieuw idee heel erg waardevol zijn en als je dan te strak vasthoudt aan de doelen die je hebt gesteld, kun je een kans missen. Als ik ergens enthousiast van word, is dat een graadmeter om actie te ondernemen en bepaalde doelen daarop mee te laten liften, heb ik gemerkt.’ Zo kan het zijn dat Dennis enthousiast wordt van het ene project en dan wat enthousiasme verliest voor het andere. ‘Ik maak dan een mix van projecten waar ik veel energie van krijg en projecten waarvan ik weinig energie krijg om balans te houden. Je zou een project waar ik veel energie van krijg metaforisch kunnen zien als een walvis en een project
waarvoor ik mijn enthousiasme een beetje verloren ben kunnen zien als een klein visje. Aan die walvis blijven kleinere visjes makkelijker plakken en die  liften dan mee met de walvis. Door mijn minder energieke taken en projecten mee te laten liften op die waar ik veel energie van krijg, blijft mijn energie hoog.

Voorwaartse of zijwaartse groei

Als ik Dennis vraag wat zijn ambitie is en wat hij over een paar jaar bereikt wil hebben, moet Dennis even nadenken. ‘Het bepalen van mijn ambitie vind ik nu nog een lastige opgave, want ik ben nog heel pril in mijn huidige functie’, zegt hij er vlot achteraan. ‘Ik denk er natuurlijk wel veel over na, ook bij het opstellen van mijn jaardoelen. Waar wil ik over drie jaar staan? Ik wil daar wel een antwoord op vinden voor mijzelf, maar op dit moment heb ik die nog niet. Ik zit nog zo in mijn flow in mijn huidige functie.

Bovendien had ik niet verwacht dat ik ooit zover zou komen. Je kent wel dat spreekwoord dat als je voor een dubbeltje geboren bent, je nooit een kwartje zult worden. En toch heb ik steeds stappen gezet, opleidingen gedaan en ben ik elke keer een stapje verder gekomen. De vraag die ik mezelf ook stel is: moet je altijd doorgroeien? De organisatie en mijn afdeling evolueren steeds verder en is steeds in beweging, dus er zijn ook kansen om zijwaartse stappen te zetten. Misschien wil ik ooit wel hoofdverantwoordelijke worden voor lean management, waarin ik aan de slag ga met hoe we een verbeterprogramma in z’n geheel implementeren binnen de organisatie. Dat zou wel een gave volgende stap zijn, waarbij ik nog bredere verantwoordelijkheden krijg en waarbij ik nog meer mijn eigen ideeën in kan brengen’, droomt Dennis enthousiast hardop.

Lees ook: Waarom doelen stellen nodig is voor flow

Zaadjes planten

‘Om die ambitie te realiseren verdiep ik me steeds meer in lean leadership’, vertelt Dennis duidelijk gepassioneerd. ‘Ik sluit me aan bij netwerken en stel jaardoelen op, waarbij ik nadenk over waar ik me nog in wil ontwikkelen en waar ik aan het eind van het jaar wil staan in die ontwikkeling. Daar maak ik vervolgens behapbare doelen op kwartaalniveau van. Zo wil ik bijvoorbeeld een cursus van drie maanden gaan doen. Dat werk ik dan uit in wat ik per week te doen heb om die cursus goed af te ronden. En een nieuwe methode om het rendement en de effectiviteit van een proces te verbeteren, is een mooi voorbeeld. Die zou ik wel in de organisatie willen implementeren, omdat we dan meer datagestuurd kunnen verbeteren. Dat is een driejarenplan om dat gerealiseerd te krijgen. De eerste stap is dan een pilot doen op één afdeling of vestiging, waarmee ik kan laten zien wat het belang van datagestuurd werken voor de gehele organisatie is, om die werkwijze vervolgens in de gehele Polytec Group door te kunnen voeren. Zo’n ambitie moet je wel opdelen in kleinere behapbare doelen.’

‘Doen wat bij me past, is sowieso voor mij de basis voor alles. Hoe ik ben in mijn werk en hoe ik privé ben, is helemaal in elkaar verweven. Er is niets fijners dan dat. Van daaruit ontstaat mijn flow. En zo is het: flow gaat over zijn wie je bent. Doelen geven richting, maar de weg daarnaartoe kun je openhouden, zodat je hier vol energie en enthousiasme invulling aan kunt geven.

Dit interview komt uit het boek ‘Flow in Organisaties’. Wil je nog meer lezen zoals het interview met Dennis Roks? Koop dan het boek via deze link.

Lees de laatste artikelen:

vrouw-peddelend-water-kano
0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.